- Geboren 24-01-1884 te Oldenzaal
- Overleden 04-07-1943 te Sobibor, Polen – 59 jaar
- D.v. Isak Zwartz, fabrikant, en Regina Plaat
- Gehuwd in 1910 met Samuel Mijerson, accountant
Het gezin woonde met hun zes kinderen aan de Deurningerstraat 25 te Oldenzaal. Haar vader zette na het overlijden van haar opa de jute- en katoenweverij Zwartz voort samen met zijn moeder en zijn broer Nathan. Naast het bedrijf zetten ze zich in voor de Joodse Gemeenschap. Haar vader overleed in 1922.
Na haar huwelijk met de weduwnaar Samuel Mijerson woonden ze in Borne. Samuel werkte hier op het kantoor van de textielfabriek van de familie Spanjaard. Hier werden hun twee zoons geboren. Ze woonden sinds oktober 1921 aan de Keizerstraat 24 te Deventer, waar haar man een accountanskantoor had. Tevens zat hij jarenlang in de gemeenteraad. Berendina zette zich ook hier in voor de Joodse Gemeenschap.
Haar man overleed op 14-11-1942 te Deventer. In december 1942 moest Berendina gedwongen verhuizen naar de Muiderschans 193 III te Amsterdam. Ze kreeg in verband met het overlijden van haar man uitstel van transport. Evenals haar zoons in verband met hun functie.
Berendina kwam op 29 mei 1943 in kamp Westerbork. Ze ging op 1 juni op transport naar het concentratiekamp Sobibor, waar ze kort na aankomst werd omgebracht. Haar zoon Arnold kwam op 27 januari 1943 vanuit de gevangenis in kamp Vugt. Hij was gearresteerd omdat hij geen Jodenster droeg. Hij ging op 18 maart op transport naar kamp Sobibor, waar hij na aankomst werd omgebracht. Zoon Robert kwam op 15 december 1943 in kamp Westerbork. Hij ging op 11 januari 1944 op transport naar kamp Bergen-Belsen, waar hij op 08-02-1945 is omgekomen.
Holocaustslachtoffer, evenals haar kinderen Arnold en Robert. Als ook haar moeder en haar broers en zussen Eliëzer, Henriëtte, Sophia en Wolf met deels hun gezinnen. Haar broer Salomon Izak heeft met zijn gezin grotendeels de oorlog overleefd, zijn zoon Isak is omgekomen te Mauthausen. Van de familie van haar man is zijn halfbroer omgekomen. Zijn zus overleed begin 1940 te Apeldoorn.
Joods monument en Stolpersteine te Deventer.
Nationaal Holocaust Namenmonument te Amsterdam.
*Haar zoon Robert was sinds 1942 verloofd met Hesseline Cohen, de dochter Ru Cohen. Ru was de leidende figuur van de Palestina-pioniers en de oprichter van de Deventer Vereniging tot vakopleiding voor Palestina-pioniers. Doel van deze vereniging was om joodse jongeren op te leiden tot het vak van boer zodat ze dit in het toenmalig Palestina (nu Israël) konden uitoefenen. Ook Robert was daartoe in opleiding bij een boer in Voorst en Terwolde. Zijn verloofde heeft de oorlog overleefd, haar ouders zijn omgekomen.