- Geboren 10-12-1926 te Rotterdam
- Overleden 03-03-1945 te Oldenzaal – 18 jaar
- Z.v. Pieter Levering, expeditieknecht, en Reintje Rabenort
Pieter woonde met zijn ouders en zijn oudere zus aan de van Brakelstraat 35 te Rotterdam. Hij was expeditieknecht bij een bakkerij.
Hij werd als dwangarbeider in Duitsland tewerkgesteld. Hij is waarschijnlijk opgepakt bij de grote razzia van 10 en 11 november 1944. Op deze twee opeenvolgende dagen werden ruim vijftigduizend Rotterdammers tussen de zeventien en veertig jaar oud opgepakt en afgevoerd naar Duitsland om daar dwangarbeid te verrichten. Waarschijnlijk is hij daar afgekeurd en bij terugkeer op 13 januari 1945 op verzoek van de S.D. in Oldenzaal opgesloten. Hoewel in de gevangenis door dr. Nieuwenhuijs een maagkwaal werd vastgesteld, werd hij op 17 januari opnieuw als dwangarbeider naar Gronau gestuurd.
Later kwam hij ernstig verzwakt in het opvangcentrum van het Rode Kruis aan de Ootmarsumschestraat te Oldenzaal. Hier is hij aan longontsteking en uitputting overleden.
In totaal zijn in Oldenzaal elf teruggekeerde dwangarbeiders overleden.
Begraven: Algemene Begraafplaats te Oldenzaal, herbegraven te Rotterdam?
Razzia Monument te Rotterdam.
* Vaak wordt gedacht dat de grote razzia van november 1944 bedoeld was om dwangarbeiders voor de Duitse oorlogsindustrie te werven. In werkelijkheid was dat echter een bijkomstig doel. De bezetter wilde door middel van de razzia in de eerste plaats alle weerbare mannen uit West-Nederland verwijderen. Daarmee hoopte zij te voorkomen dat ondergrondse strijders de Duitse troepen tijdens het oprukken van de geallieerden zouden tegenwerken. Toch vormde de Arbeitseinsatz wel het kader waarin dergelijke razzia’s konden plaatsvinden. Duitsland had de ‘totalen Krieg’ ingezet en maakte zich op voor de laatste verdediging. Spoorwegen moesten worden gerepareerd, tankwallen moesten worden gegraven. De Rotterdamse dwangarbeiders werden in Duitsland veelal ondergebracht in barakkenkampen, waar de levensomstandigheden vaak zeer slecht waren. Er was voedselschaarste, de slaapplaatsen waren abominabel, de barakken zaten vol ongedierte, er waren onvoldoende sanitaire voorzieningen en er was een gebrek aan kleding en schoeisel. De dwangarbeiders maakten vaak lange werkdagen en moesten zwaar sjouw- en graafwerk verrichten. Bovendien moesten zij bij luchtalarm uren in bunkers en schuilkelders doorbrengen.
Na afloop van de oorlog keerden de meeste dwangarbeiders huiswaarts als Displaced Persons. Veel mannen kwamen uitgeput, gewond of getraumatiseerd thuis. Anderen hebben het niet overleefd. Tijdens de tewerkstelling in Duitsland zijn ten gevolge van ziekte, ondervoeding, vluchtpogingen, bombardementen en andere oorlogshandelingen enige duizenden Rotterdammers omgekomen.
Verhaal: Quarantainedienst tijdens de oorlog