- Geboren 18-04-1912 te Rotterdam
- Overleden 15-11-1941 op de Noordzee – 29 jaar
- Z.v. mr. Willem Matthias Kolff, cargadoor, en Johanna van Gilse van der Pals
- Gehuwd in 1935 met Martha Cornelia Molkenboer
Cornelis (roepnaam Kees) woonde met zijn vrouw en twee dochters van maart 1938 tot november 1938 aan de Steenstraat 29 te Oldenzaal. Hij was getrouwd met een kleindochter van Hermanna Elisabeth Molkenboer-Trip, en dochter van Hermanus J. Molkenboer en Jeanne van den Bergh (dochter van F.A.L. van den Bergh van de BEKA flanel fabrieken in Tilburg, waaruit ook de AaBe wollenstoffenfabriek is voortgekomen).
Ze woonden eerder in Eefde en vertrokken naar de Bremhorstlaan 8 te Wassenaar. Later woonden ze aan de Zijdeweg 19 te Wassenaar. Ze kregen samen twee dochters.
Op 24 augustus 1939 was de voormobilisatie, Kolff werd batterij-officier van 3-III-7e Regiment Artillerie. Eind oktober werd hij bevorderd tot luitenant. In januari 1940 werd hij overgeplaatst naar het 1-III-7e R.A. nog als batterij-officier maar ook als waarnemend batterij-commandant. Op 9 april 1940 vertrok hij met zijn onderdeel te paard naar Geffen. Op 1 mei 1940 werd hij benoemd tot commandant Munitie-colonne van de IIIe Afdeling 7e R.A. Toen de Duitse troepen op 10 mei Nederland waren binnengevallen werd vrijwel het gehele III e Legerkorps, inclusief zijn 7e Regiment, uit Noord-Brabant teruggenomen om zich achter het Z.O.-front van de Vesting Holland te verzamelen. Op 10 mei 1940 kreeg het III e Legerkorps bevel terug te gaan naar Zoelen, waarbij de Maas en de Waal moesten worden overgetrokken. Op 13 mei 1940 kregen ze ‘s avonds opdracht om verder terug te gaan naar Hei- en Boeicop. Op 14 mei volgde het bericht van de capitulatie.
Al gauw wilde Kolff naar Engeland vertrekken om zich nuttig te maken. Samen met Olympisch watersporter Ernst Moltzer (adjunct-directeur van de Bols jenever- en likeurfabriek) en predikant Dick van der Flier, twee vrienden uit Heemstede, kocht hij in Warmond een zeilbootje, twee buitenboordmotoren en enkele blikken benzine en eten voor onderweg. Ze moesten wachten op oostelijke wind zodat ze zeilend de kust konden verlaten. Ze beschikten over kaarten van de Britse mijnenvelden, en Ernst Moltzer was een ervaren zeezeiler. De groep huurde een villa aan het strand van Noordwijk, maar zagen dat de kust daar veel te goed door de Duitsers werd bewaakt. Ze kozen als vertrekpunt een duindoorgang ten westen van Bloemendaal. De eerste poging in september mislukte en werd gevolgd door huiszoekingen. Naar aanleiding van het vermoeden van verraad besloten ze onder te duiken.
In november 1941 probeerden ze opnieuw te vertrekken, ditmaal vanuit Castricum. Op de 14de was het oostelijke wind en een vlakke zee. Een vertrouwensman had hen geholpen om met paard en wagen hun zeilbootje naar de zee te brengen en wiste hun sporen uit. Het vertrek verliep voorspoedig volgens diens naoorlogse verklaring. Cees en zijn vrienden hebben Engeland nooit bereikt en er is sindsdien nooit meer iets van hen vernomen. Vermoed wordt dat ze zijn verdronken.
Zijn vrouw hertrouwde in 1951 met voormalig verzetsstrijder Leendert Pot. Zij overleed in 2009 te Wassenaar.
Oorlogsmonument te Wassenaar.
Gedenkbord Engelandvaarders te Loenen.
* In februari 1941 komt adjunct-directeur Ernst Moltzer in opstand tegen zijn familieleden in de directie van de bekende jenever- en likeurenfabrikant Bols. Hij wil dat het meteen bedrijf stopt met zijn vrijwillige leveranties aan de nazi’s. Het protest van Ernst brengt een keten van gebeurtenissen op gang met onthutsende gevolgen. Bij de zoektocht van schrijver Martin Hendriksma voor zijn boek ‘Het geheim van Bols’ naar hun oorlogsverleden lost hij door bizar toeval de mysterieuze verdwijning van zoon Ernst Moltzer op.