- Geboren 31-05-1861 te Arnhem
- Overleden 09-04-1943 te Sobibor, Polen – 81 jaar
- D.v. Mozes Frankfort, koopman, en Eva van Gelderen
- Weduwe van Meijer Weinberg, borstelmaker
Philippine was van mei 1898 tot januari 1900 dienstmeisje bij de weduwe Zwartz-Spanjaard te Oldenzaal. Daarna ging ze weer naar Den Haag. Ze woonde en werkte onder andere in Amsterdam en Den Haag.
Ze was de jongste in het gezin met zes kinderen. Haar vader overleed in1891 en haar moeder in 1902 te Arnhem.
Philippine woonde na haar huwelijk in 1902 in Den Haag. Ze kregen samen één zoon. Haar man overleed in 1935. Daarna verhuisde Philippine van de Johan Maetsuijkerstraat 162 naar het Israëlitisch Oude Mannen- en Vrouwenhuis ‘Newee Sjalom’ aan de Neuhuyskade 92-94 te Den Haag.
Op 31 oktober 1942 werd het tehuis op last van de bezetter ontruimd en werden de ouderen na de nodige omzwervingen ondergebracht in een voormalige bewaarschool aan de Rapenburgerstraat 52 te Amsterdam. Philippine kwam op 25 maart 1943 in kamp Westerbork. Ze ging op 6 april op transport naar het concentratiekamp Sobibor, waarna ze kort na aankomst werd omgebracht. Haar zoon Abraham kwam op 19 augustus 1942 in kamp Westerbork. Hij ging op 24 augustus op transport naar kamp Auschwitz, waar hij op 30-09-1942 is omgekomen.
Holocaustslachtoffer, evenals haar zoon Abraham en zijn vrouw. Haar broers en zussen Henriette, Jacob, Rosaline, Joseph en Saartje waren al voor de oorlog overleden. Hun gezinnen hebben de oorlog deels overleefd. Van de familie van haar man is een broer omgekomen.
Joods monument te Den Haag.
Nationaal Holocaust Namenmonument te Amsterdam.